
Mijn tweede miso die ik in mijn leven heb gemaakt, zit vandaag in de weckpot. Het is een miso van kamut en groene linzen. Nu is het nog zo’n zes weken wachten en dan is het hopelijk smullen.

Voor deze miso heb ik de koji-kin van kamut met de koji-starter 48 uur in een koelbox met een pan heet water laten staan. Iedere 12 uur heb ik ‘vers’ heet water in de pan gedaan. Daardoor bleef de kamut goed vochtig en op temperatuur. Na die 48 uur rook hij echt heerlijk. De kamut smaakte wel anders dan de eerste koji-kin die ik maakte van bruine basmatirijst. De kamut voelde nog een beetje steviger aan.
Gestampt en geprakt
Aan de 500 gram koji-kin van kamut heb ik de tweede dag 500 gram gekookte groene linzen toegevoegd. Deze heb ik eerst laten afkoelen. Daarna heb ik de linzen door de kamut gestampt en nog even met een vork fijn geprakt. De structuur van de toekomstige miso zag er toen mooi uit. Door dit mengsel heb ik 60 gram fijn zeezout gemengd. Vervolgens heb ik de koji-kin beetje voor beetje in een uitgekookte weckpot ‘gestampt’. Je moet het mengsel namelijk goed aandrukken. Zo kan er zo min mogelijk zuurstof bij komen wat voor schimmel kan gaan zorgen. Dat wil je niet hebben.
De weckpot staat nu in het kastje waar ook de miso van bruine basmatirijst en bruine bonen staat. Ben benieuwd hoe de beide miso’s smaken en wat het verschil in smaak is.